Pompen of verzuipen!

Het is nu pompen of verzuipen bij de kielbootsectie. Er zijn te weinig instructeurs en cursisten om uit de opbrengsten van de zeillessen de kosten van de valkenhuur en de advertenties te kunnen betalen. Is dit de moeite van het organiseren allemaal nog wel waard? Wil de kielbootsectie volgend jaar nog voortbestaan dan moeten nu alle hens aan dek, anders worden er volgend jaar geen lessen meer gegeven. Dit is een laatste noodoproep aan alle instructeurs!!!!

De tijden veranderen. Blijkbaar. Vroeger konden we makkelijk een seizoen draaien met vier valken. Die tijden zijn voorbij. En voor volgend jaar zijn we al helemaal niet optimistisch. De afgelopen periode heeft de kielbootcommissie namelijk een flink aantal tegenslagen te verwerken gekregen:

·         Zoals wellicht bij enkelen van jullie bekend en aan de orde geweest op de ALV begin dit jaar, zal de Roerkoning volgend jaar de CWO-erkenning kwijtraken. We vermoeden dat dat voor beginnende cursisten niet zo’n probleem zal zijn, maar voor gevorderden wel. Die willen waarschijnlijk toch een papiertje. Al met al denken we dat we hierdoor minder cursisten zullen trekken de komende jaren.

·         Daarnaast is de werving van nieuwe instructeurs een steeds groter probleem gebleken de afgelopen jaren. Ligt het aan de tempobeurs, aan de drukke carrieres of  …?

·         De kielbootcommissie signaleert ook een teruglopend aantal belangstellenden voor de lessen op de Nieuwe Meer. En het lijkt alsof de cursisten steeds later beslissen om mee te doen aan een cursus. Dat maakt de planning voor ons wel heel lastig. Doen we iets fout? Hoe kan het beter?

·         En als klap op de vuurpijl heeft WSV H’79 recentelijk ons lidmaatschap van hun vereniging opgezegd, waardoor we geen ligplaatsen meer hebben voor volgend jaar. Uit een eerste inventarisatie blijkt dat de meeste andere jachthavens pas begin volgend jaar weten of ze plaats hebben. Lastig plannen…

·         De begroting is nauwelijks meer sluitend te krijgen. Jaarlijks moeten de lesgelden omhoog, en hoe lang kunnen we dat nog volhouden zonder dat dat ons in de vingers snijdt?

Dit is wel heel veel narigheid voor de kielbootcommissie. De huidige werkwijze en de capaciteit van de kielbootcommissie is ons inziens niet voldoende om de bovenstaande problemen het hoofd te bieden: het roer moet om. Er zijn een paar nieuwe ideeën over hoe we verder kunnen gaan als kielbootsectie. De insteek daarbij is dat we in Amsterdam willen kunnen blijven zeilen, al dan niet met cursisten, al dan niet met eigen boten. Maar wat er ook uitkomt, hiervoor hebben we een actieve(re) houding van de instructeurs voor ideeën en uitvoering nodig. In een brandbrief zijn alle instructeurs uitgenodigd om op dinsdag 12 november mee te denken over de toekomst van de kielbootsectie. Toch heeft maar een klein deel van de instructeurs begrepen hoe belangrijk de vergadering was. De opkomst op de bijeenkomst was mager. Evengoed hebben we de volgende opties besproken: 

1.       We gaan door in de huidige opzet, waarbij we slechts 1 of 1,5 boot huren van Ottenhome. Er zal wel een andere ligplaats gezocht moeten worden. En behalve een minimaal vereist aantal bereidwillige instructeurs moeten de kosten van huren en adverteren zoveel mogelijk gedrukt worden. Ook moet er iets afgesproken worden over een “vrijzeil” regeling voor de reserve-instrcuteurs, al dan niet tegen betaling.

2.       We proberen boten per dagdeel te huren bij een andere plaatselijke verhuurder. Afhankelijk van het lesrooster moet er onderhandeld worden met de verhuurder over de huurprijs en het reserveren van boten. De instructeurs kunnen dan bijvoorbeeld net zo vaak een boot (gratis) huren als het aantal keren dat ze les gegeven hebben. Dit plan moet verder uitgewerkt en uitgezocht worden. Dit kan een relatief dure variant zijn, waarbij we een deel van de vaste kosten (boothuur) variabel maken.

3.       We kopen een tweedehands boot. Misschien is het op den duur wel goedkooper, maar nadeel is dat je meer zelf moet regelen: een boot/trailer, ligplaats, verzekering, winterstalling, vrijwilligers voor materiaal onderhoud enz. Het is nog de vraag of deze optie binnen de vereniging kan worden uitgevoerd of dat daar een aparte club voor moet worden opgericht. Al met al bleek voor deze optie nauwelijks voldoende animo te zijn.

4.       We zoeken aansluiting bij een andere zeilschool zoals Nautiek. Ook hier moeten we een regeling vinden voor het vrijzeilen en voldoende beschikbaarheid van boten. Het betekent eigenlijk ook dat de kielbootsectie binnen de Roerkoning dan ophoudt te bestaan.

In alle situaties is het een absolute voorwaarde dat we tenminste ca. 15 (fulltime/parttime) actieve instructeurs moeten hebben die les willen geven. Afgesproken is dat alle instructeurs gebeld worden door Priene en Ron om te vragen wie zich met enige zekerheid kan vastleggen voor lessen volgend jaar. Ook willen we tijdens die gesprekken peilen in hoeverre men bereid is iets te betalen voor het vrijzeilen als men geen (volledige) cursus geeft. Zodra we weten of er voldoende instructeurs door willen gaan met de kielbootsectie dan gaan we bovenstaande opties verder onderzoeken door op zoek te gaan naar een andere ligplaats en eventueel een andere verhuurder. Maar we moeten ook nog kijken naar oplossingen waardoor we effectiever cursisten kunnen werven.Definitieve beslissingen willen we nemen tijdens een volgende vergadering op 10 december. We vragen alle instructeurs dan ook om te komen. Als je niets van je laat horen, kunnen we geen rekening houden met je ideeën of wensen.

Liesbeth Oostenbruggen